Blog

De wettelijke vereffeningsprocedure in het erfrecht (titel 6, afdeling 3, boek 4 BW) is niet erg bekend. Dat is bijzonder jammer. Met een formele of 'zware' vereffening van een nalatenschap kan namelijk aan problemen van niet alleen erfgenamen, maar ook schuldeisers en (belanghebbende) derden het hoofd worden geboden. Anders dan vaak wordt verondersteld, is een correcte afwikkeling van een nalatenschap niet slechts een zaak van de erfgenamen.

 

Taak van de vereffenaar

De vereffenaar heeft – kort gezegd – als taak (artikel 4:211 lid 1 BW) om de nalatenschap te beheren en schulden van de nalatenschap te voldoen. Daarvoor mag hij ook goederen van de nalatenschap verkopen (artikel 4:215 lid 1 BW). Hij handelt telkens namens de erfgenamen gezamenlijk (of zij nu bekend zijn of niet), terwijl de erfgenamen juist niet meer bevoegd zijn om over de goederen van nalatenschap te beschikken (artikel 4:211 lid 2 BW). Tot op zekere hoogte is de taak van de vereffenaar in het erfrecht vergelijkbaar met enerzijds die van een curator in het faillissement van een (natuurlijk) persoon of een onderneming en anderzijds die van executeur. Niets voor niets zijn diverse bepalingen uit de faillissementswet ook van toepassing op de erfrechtelijke vereffening (voorbeeld: artikel 4:210 lid 2 BW) en komt de executele tot een eind als er moet worden vereffend (artikel 4:149 BW).

 

Wie kan verzoeken om de benoeming van een vereffenaar?

Een zware vereffening van een nalatenschap kan voor zowel erfgenamen, schuldeisers én derden van belang zijn (artikelen 4:203 en 4:204 BW). Zij mogen verzoeken om de benoeming van een vereffenaar.

 

1. Voor erfgenamen kan de benoeming van een vereffenaar van belang zijn, bijvoorbeeld als één of meerdere mede-erfgenamen niets van zich laten horen, of wanneer het niet bekend is wie de / alle erfgenamen zijn. Na zijn of haar benoeming is de vereffenaar namens alle (bekende én onbekende) erfgenamen bevoegd om te beheren en – indien noodzakelijk –daden van beschikking te verrichten. Zo kan bijvoorbeeld tóch een woninguit de nalatenschap worden verkocht en geleverd en daarmee een op de nalatenschap rustende (hypotheek)schuld wordt afgelost (het doorlopen van rentelasten kan zo worden voorkomen), terwijl daar in een ander geval de medewerking van alle erfgenamen voor nodig zou zijn geweest;

 

2. Vereffenaars worden steeds vaker benoemd op verzoek van schuldeisers. Schuldeisers van de erflater (en daarmee zijn zij doorgaans ook schuldeisers van de nalatenschap) kunnen verzoeken om de benoeming van een vereffenaar in de nalatenschap van hun debiteur:

  • a. Wanneer er geen erfgenamen zijn, of dat niet bekend is;
  • b. Wanneer de nalatenschap (deels) onbeheerd wordt gelaten;
  • c. Wanneer voor hem het gevaar bestaat dat zijn vordering niet volledig óf binnen 'redelijke tijd' zal worden betaald;
  • d. Wanneer tot verdeling van de nalatenschap wordt overgegaan, vóórdat de opeisbare schulden daarvan zijn voldaan.

 

Na zijn benoeming is het aan de vereffenaar om éérst de schulden der nalatenschap te voldoen, voor zover dat mogelijk is. Als sprake is geweest van wanbeheer door de erfgenamen, kunnen de erfgenamen aansprakelijk worden gesteld voor de door schuldeisers geleden schade. Dat er een bij testament benoemde executeur is of een door de erfgenamen gemachtigde persoon, hoeft overigens niet in de weg te staan aan de benoeming van een vereffenaar als de executeur of gemachtigde niet behoorlijk beheert of afwikkelt

 

3. Ook derden kunnen belang hebben bij de benoeming van een vereffenaar, zoals bijvoorbeeld de (directe) buren van een onbeheerde woning die tot de nalatenschap behoort: op enig moment zal – door leegstand – sprake zijn van overlast (betoogd kan worden dat ook een (lokale) overheid dan belanghebbend is). Dezelfde positie bekleedt een mede-eigenaar van (bijvoorbeeld) een woning, bedrijfspand of andere onroerende zaak, wanneer een aandeel in die onroerende zaak in de nalatenschap valt.

 

Doorgaans geldt dat de kosten van de vereffening kwalificeren als schuld van de nalatenschap (indien 'redelijk'). Het is dus niet per definitie zo dat de partij die verzoekt om de benoeming van de vereffenaar, ook de kosten van die vereffenaar voor zijn of haar rekening moet nemen.

 

Waar zit dat addertje dan?

Een 'zware' vereffening, en in mindere mate ook een 'lichte vereffening', wordt in de praktijk vaak gezien als een (te) formele wijze van afwikkeling die allerlei 'lastige formaliteiten' met zich meebrengt. In de praktijk valt dat echter nogal mee. Ik houd het er op dat onbekend, onbemind maakt: er zou veel vaker én sneller na het openvallen van de nalatenschap moeten worden beoordeeld of deze niet beter kan worden vereffend. Zowel erfgenamen, schuldeisers áls belanghebbende derden hebben het recht om een vereffenaar te laten benoemen: maak daar gebruik van!

Actualiteiten overzicht

Maak kennis met onze specialisten

Bekijk ons team